Column

Werkvragen in privésfeer

De creatieve en innovatieve manieren om cliënten te helpen blijven ook in Astrids privésfeer niet onopgemerkt. Hoe zij daarmee omgaat, bijvoorbeeld bij reacties op de wakkernacht leest u in deze blog.

In mijn woonplaats word ik aangesproken door een kennis: ‘Hé Astrid, jullie hebben vorige week toch de nacht-waaktherapie gedraaid? Daar was Ans van Daken bij en die was toch enthousiast over jullie en hoe dat is opgezet. Mijn dochter krijgt paardrijles van haar en ze was er zó over te spreken.’

Privacy

Leuk hoor, een mooi compliment. Ans van Daken is natuurlijk een gefingeerde naam, want privacy moet gewaarborgd zijn, ook als ik een blog schrijf over mijn werk. Het blijft spannend als ik op straat word aangesproken over iemand die bij mij in behandeling is, of is geweest. Wat zeg ik wel en vooral: wat zeg ik niet?

Bekend

Het levert trouwens wel veel op, om een beetje bekend te zijn onder je cliënten. Mensen vinden het fijn om te weten dat ze bij mij op gesprek komen. “Mag ik bij Astrid, want ik ken haar al.” Het is dan ook bijzonder dat er vanuit onze opleidingen huiverig wordt gedaan over het verlenen van je diensten aan bekenden, familie of vrienden. Het geeft juist nieuwe mogelijkheden om jezelf in relatie tot de ander beter te leren kennen.

Fingerspitzengefühl

U realiseert het zich misschien niet, maar als psycholoog zijn wijzelf het instrument. We gebruiken geen scalpel, (bloeddruk-)metertjes, naald met hechtdraad of stethoscoop. Maar werken met ons eigen gevoel, ons eigen verstand en onze eigen persoonlijkheid. Noem het fingerspitzengefühl of misschien wel een ontwikkeld ‘zesde’ zintuig. Ik weet niet wat het is, maar we doen het op eigen menskracht. Van begin tot eind. Van erachter komen wat er aan de hand is, waar de emotionele blokkade zit die ervoor zorgt dat mensen klachten ervaren, tot het opheffen van die blokkades en het meedenken over eventuele valkuilen in de toekomst en handigheidjes om dat voor te blijven.

Sneller handelen

In de psychologische behandeling van bekenden, die je niet alleen als psycholoog maar ook als mens dierbaar zijn, kunnen we in ons vak juist sneller handelen. Je kent de pijnpunten, de familiebanden en de kwetsbaarheden. Door daar gebruik van te maken, kom je sneller tot de kern. Van daaruit kun je dan ook iemand ‘vlot trekken’. Het levert een warme band op, omdat de mensen die mij lief zijn, zeer dankbaar zijn voor het snel bereikte resultaat. Zij worden weer gesterkt in hun vertrouwen en dat levert mooie dingen op.

Goochelen

Voor mij als privépersoon is het soms iets meer goochelen. In de sessies praten over bekenden, beperk ik tot het aanhoren van mijn cliënt over die gemeenschappelijke vrienden of familieleden. Ook benadruk ik dat die gemeenschappelijke kennis van mij niet te horen zal krijgen dat deze cliënt bij mij in behandeling is, of is geweest (levenslange geheimhouding noem ik het). De meeste mensen zijn er zelf trouwens wel open over. Leuke momenten zijn dan ook als ik op een verjaardag zit, en mijn tante spontaan tegen mij zegt dat haar schoondochter zoveel had aan de gesprekken met mij. Dat is gewoon genieten!

Geheim

De sterkste reactie geef ik, als het in een privésituatie gaat over een verhaal dat de ronde doet over iemand. Vaak gaat het over problemen van die persoon. Het komt dan voor dat er aan mij quasi-lacherig wordt gevraagd: “Is diegene al bij jou geweest?” Ik mag dan natuurlijk niets zeggen. Al is iemand (nog) niet bij mij aangemeld, of al is iemand al wel ingepland voor een gesprek: ik heb een beroepsgeheim.

Goed antwoord

Sinds ik in mijn woonplaats werk, heb ik een goede manier gevonden om de bal terug te kaatsen. Als iemand op feesten of partijen vraagt of iemand anders bij mij onder behandeling is (geweest), zeg ik serieus, maar met een luchtige ondertoon: “Dat mag je helemaal niet vragen!” En gelukkig wordt dat dan wel weer opgepakt.

astrid van jaarsveld op stoel psycholoog